Minister van staat (Nederland)

Dit artikel behandelt de situatie in Nederland. Zie Minister van staat voor de algemenere betekenis.

De titel minister van staat is in Nederland een eretitel die in uitzonderlijke gevallen wordt toegekend per Koninklijk besluit, waar de ministerraad vervolgens over wordt ingelicht. De titel wordt tegenwoordig toegekend aan politici of staatslieden die geen publieke functie meer vervullen. De titel heeft geen wettelijke basis. Er zijn geen criteria voor het verkrijgen van de eretitel.[1]

Geschiedenis

Minister van Staat was aanvankelijk de benaming voor een minister, dat wil zeggen het hoofd van een departement.[2] Artikel 5 van de Derde Afdeeling van de Constitutioneele Wetten van Staat (1806) luidde: "De Algemeene bestiering des Koningrijks is, onder 't onmiddellijk beleid van vier Ministers van Staat, door den Koning te benoemen, te weten: Een Minister van Buitenlandsche Zaken; Een Minister der Zee- en Landmagt; Een Minister der Financiën; en Een Minister der Binnenlandsche Zaken."[3] Ook de Constitutie voor het Koninkrijk Holland (1806) sprak in deze zin van Ministers van Staat: "Het Generaal Bestuur des Koningrijks is onder het onmiddellijk toevoorzigt van Ministers van Staat; de Koning benoemt dezelve, en bepaalt hun getal en werkzaamheden." (artikel 27).[2] De Grondwet van 1814 sprak niet langer over ministers van Staat maar over "hoofden der ministeriële departementen". Toch benoemde Koning Willem I bij koninklijk besluit van 16 september 1815 (Stcrt. nr. 223) twee "ministers van Staat", die toegang kregen tot de bij datzelfde KB ingestelde kabinetsraad, een adviesorgaan van de Koning.[4] Deze ministers van Staat waren te vergelijken met ministers zonder portefeuille: ze stonden niet aan het hoofd van een departement maar kregen wel, zij het vaak weinig omvangrijke, taken toegewezen. De benoeming van Gijsbert Karel van Hogendorp tot minister van staat wijst er volgens Engels op dat de functie op dat moment reeds aan het veranderen was in de richting van een ereambt.[5] De functionele inhoud van de minister van staat verdween volledig in 1849, toen de kabinetsraad niet meer bijeenkwam. Dat was het gevolg van de instelling in 1823 van de Raad van Ministers, waartoe ministers van staat geen toegang hadden.[6] Sindsdien is 'minister van staat' nog slechts een eretitel.

Tegenwoordige functie

De ministers van staat maken geen deel uit van de ministerraad, maar kunnen in sommige situaties door het staatshoofd worden geraadpleegd, bijvoorbeeld bij gecompliceerde staatsrechtelijke kwesties. Ministers van staat kunnen door de regering worden ingeschakeld als adviseur, worden belast met speciale opdrachten of gevraagd worden de regering bij bepaalde gebeurtenissen te representeren.

De titel wordt toegekend voor het leven, tezamen met de aanspreekvorm excellentie (hoewel het laatste alleen nog gebezigd wordt in meer formele, schriftelijke correspondentie). Niettemin is de titel aan zes dragers ontnomen. Naast aan een aantal dissidenten tijdens de Belgische Revolutie, is hij ontnomen aan Gijsbert Karel graaf van Hogendorp in 1819 (vanwege zijn kritiek op het financiële beleid van koning Willem I) en aan Dirk Jan de Geer in 1947 (vanwege zijn houding in de Tweede Wereldoorlog).

Voor de Tweede Wereldoorlog kwam het regelmatig voor dat ministers van staat publieke functies vervulden. Zo waren bijvoorbeeld Cort van der Linden en Colijn minister van staat, terwijl ze premier waren. Na de Tweede Wereldoorlog is Louis Beel de enige persoon die nog zitting had in de ministerraad, terwijl hij minister van staat was.

Marga Klompé was jarenlang de enige vrouwelijke minister van staat ooit, tot de benoeming van Els Borst in 2012. In 2018 volgden Winnie Sorgdrager en Sybilla Dekker.[7]

Ministers van staat (huidig)

Ministers van staat Sinds Partij(en)
F. (Frits) Korthals Altes mr.
F. (Frits)
Korthals Altes

(1931)
26 oktober 2001
(20 jaar)
[8]
VVD
Hans van den Broek mr.
H. (Hans)
van den Broek

(1936)
25 februari 2005
(17 jaar)
[9]
CDA
H.D. (Herman) Tjeenk Willink mr.
H.D. (Herman)
Tjeenk Willink

(1942)
21 december 2012
(9 jaar)
PvdA
W. (Winnie) Sorgdrager mr.
W. (Winnie)
Sorgdrager

(1948)
22 juni 2018
(4 jaar)
D66
J.G. (Jaap) de Hoop Scheffer em. prof. mr.
J.G. (Jaap)
de Hoop Scheffer

(1948)
22 juni 2018
(4 jaar)
CDA
S.M. (Sybilla) Dekker S.M. (Sybilla)
Dekker

(1942)
22 juni 2018
(4 jaar)
VVD
J.P.H. (Piet-Hein) Donner mr.
J.P.H. (Piet Hein)
Donner

(1948)
21 december 2018
(3 jaar)
[10]
CDA
Jan Pieter (Jan Peter) Balkenende prof. mr. dr.
J.P. (Jan Peter)
Balkenende

(1956)
14 oktober 2022
(0 jaar)
CDA
Bronnen:
Ministers van Staat Rijksoverheid.nl

Minister van staat Parlement & Politiek

Ministers van staat (overleden)

naar datum van benoeming

Titel ontnomen

Al snel na de totstandkoming van het zelfstandige koninkrijk België in 1831 voerde dat land zelf ook de eretitel minister van staat in.

Zie Minister van staat (België) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Externe link

Informatie

Artikel Minister van staat (Nederland) in de Nederlandse Wikipedia nam de volgende plaatsen in de lokale populariteitsranglijst in beslag:

De gepresenteerde inhoud van het Wikipedia-artikel werd in 2022-10-23 geëxtraheerd op basis van https://nl.wikipedia.org/?curid=61143